‘Standing Army’ aanwezig op de training geïntegreerde gewasbescherming

Tijdens de training die georganiseerd werd voor kwekers uit Greenport Arnhem-Nijmegen dook een aantal maal de term ‘Standing Army’ op. We leven in een geo-politiek onrustige periode, maar dat tuinders nu ook al over een ‘army’ moeten beschikken klinkt nogal overdreven. Gelukkig bestaat dit leger uit kleine, nuttige insecten en mijten die gewassen beschermen tegen plagen. Het idee is simpel: zorg dat deze natuurlijke vijanden continu aanwezig zijn in het gewas, zodat ze meteen in actie kunnen komen zodra een plaag zich aandient.

Renata Saj legde met een aantal praktische voorbeelden uit dat in plaats van te wachten tot bladluis, trips of spint zich heeft opgebouwd, een Standing Army preventief klaarstaat. Telers zetten al vroeg in het seizoen bepaalde roofmijten of sluipwespen uit, of creëren omstandigheden waardoor deze helpers zich goed kunnen handhaven. Dat kan bijvoorbeeld door bankerplanten neer te zetten of door extra voedsel aan te bieden, zoals stuifmeel. Hierdoor blijft de populatie van natuurlijke vijanden stabiel, ook wanneer er nog nauwelijks plagen aanwezig zijn.

Het grootste voordeel volgens expert Renata Saj is dat plagen veel minder kans krijgen om uit te breken. Omdat de natuurlijke vijanden al in het gewas aanwezig zijn, reageren ze sneller dan wanneer een teler pas ingrijpt nadat er schade zichtbaar wordt. Dit maakt de teelt voorspelbaarder en vermindert de behoefte aan aanvullende correcties, zowel biologisch als chemisch.

Een Standing Army sluit goed aan bij de groeiende wens van de aanwezige kwekers om duurzamer en natuurlijker te telen. Het helpt bij het opbouwen van een veerkrachtig systeem waarin gewassen beter in balans zijn en minder afhankelijk van noodmaatregelen. Met de opgedane kennis kunnen de aanwezige kwekers aan de slag om meer rust, stabiliteit en kwaliteit in de teelt te krijgen.