Van praten naar (duurzaam) doen!

Marjan Minnesma wond er geen doekjes om: “Het is tijd om in actie te komen. De klimaatverandering komt door menselijk handelen en dat is iets wat we zelf ook weer kunnen stoppen. Als we zo doorgaan dan staat het zeewaterniveau over enkele decennia 2,5 tot 3 meter hoger en staan er 200 miljoen milieuvluchtelingen voor de deur van Europa. Als je dat niet wilt, zul je nu in actie moeten komen!”. Dat was de bondige boodschap van de voorvrouw van Urgenda op het symposium van afgelopen 5 september 2018.

Minnesma ziet goede kansen voor de verduurzaming van de glastuinbouwsector. Zo kan warmte in de zomer opgeslagen worden om in de winter te benutten. Ook biedt diepe geothermie de mogelijkheid van duurzame warmte in de winter. Zonnepanelen en windmolens zorgen dan voor de benodigde groene elektra. Mogelijk kan de tuinbouw ook haar reststromen beter benutten. We moeten naar een meer circulair landbouwsysteem. Het verbranden van hout ziet Minnesma als een tijdelijke maatregel in de energietransitie. Tenslotte wees Minnesma op het belang om van dierlijk eiwit over te stappen naar plantaardig eiwit. Ook daar liggen kansen voor de tuinbouw.

Een van die gebieden waar van ‘praten’ de stap naar ‘doen’ is gezet is in het gebied NEXTgarden. NEXTgarden (voorheen o.a. Bergerden) in Lingewaard is opgezet als moderne vestigingslocatie voor glastuinbouwbedrijven. Dat bood de afgelopen jaren ruimte aan een biogascentrale waar jaarlijks 7 miljoen kuub groen gas wordt geproduceerd. Daarnaast is recent de gietwaterplas voorzien van 1,5 hectare drijvende zonnepanelen met een vermogen van ruim 1,5 MW. Er wordt nu nog gewerkt aan een eigen hout-gestookte warmtecentrale, windmolens en een nieuw zonnepark. 

Na de presentaties ontstond er een levendige discussie onder de deelnemers aan het symposium. Rick Gerichhausen ging in op de mogelijkheden van zonthermie en opslag van warmte in de bodem. Om dat succesvol te kunnen toepassen moet de overheid wel hogere temperatuuropslag in de bodem toestaan. Sietske Weijs uit Gendt ging vooral in op de vraagstukken van solitair gelegen bedrijven. Wat zijn de technische ontwikkelingen de komende jaren en waar kunnen we het beste op investeren? “We kunnen het geld maar één keer uitgeven”, gaf Weijs aan. Voor veel tuinbouwbedrijven is de energietransitie nog een zoektocht. 

Jan van de Harg, gevestigd in Bergerden, ziet goede mogelijkheden om het warmtenet van Bergerden uit te breiden en te koppelen met andere warmtenetten. Volgens Van de Harg geven warmtenetten meer flexibiliteit, zeker als er buffercapaciteit wordt ingebouwd. Uit de Bommelerwaard was Boudewijn van der Wal aanwezig. Daar wordt vooral in energieclusters gedacht en het realiseren van collectieve voorzieningen zoals een gemeenschappelijk riool en CO2-net. In de Bommelerwaard spelen ze ook met de gedachte om een smart-grid te realiseren.

Tenslotte ging Rian Verwoert, voorzitter van Greenport Gelderland, in op het essentiële belang om een scala aan partijen bij elkaar te brengen: ondernemers, overheid, onderzoek en onderwijs. De energietransitie kan niet succesvol doorlopen worden als niet alle partijen samenwerken en er ook gekeken wordt naar verbindingen tussen de tuinbouw en andere sectoren (industrie, logistiek en tech-bedrijven). De discussieleidster, Marianne Schuurmans, benadrukte tenslotte het belang dat de consument beter moet kunnen zien of iets duurzaam geproduceerd is, zodat zij hier bewust voor kunnen kiezen. Als er in de supermarkt geen onderscheid is tussen producten, dan blijft de keuze bij het reguliere product liggen. Wil de transitie een succes worden, dan zal er snel een verandering moeten komen van ‘praten’ naar ‘duurzaam doen’! 

http://nextgarden.nl/energietransitie.htm

 

Naar het overzicht